Dag allen,
Na de koeken c.s. van Toon gingen we op naar Rhenen. De prachtige tocht bleek aan het einde 12,0 km te zijn. (Sommigen merkten op dat er wel 5 bij mag, gezien het trappenwerk!) De tocht was niet alleen prachtig: afwisselend van natuur, landschap, uitzichten en hoogte (dat laatste hebben we geweten, liever gezegd ervaren) maar ook met historie. De foto’s van Harry illustreren mede de schoonheid en barheid van de tocht.
Argeloos lopen wij het bos in, de paden in, de lanen op. “Op” kreeg gaandeweg wel een bijzondere betekenis! De natuur is mooi, ranke bomen, Soms geteisterd door de wind. En dan staan we stil. Het is ook historische grond, daar rondlopend en kijkend en klimmend besef je opnieuw dat toen en nu nog steeds actueel is. Wanneer leren we? Kazematten, loopgraven.
Dan zijn er de treden, de trappen, De “lamme” helpt de “blinde” waarvoor dank. Soms worden de treden afgewisseld met een klein (rust)plateau. Rustpunt of ritmeverstoorder? Ooit zij iemand “Na het “suur” komt het soet”: fraaie uitzichten op de Rijn. Ook goed voor de lunch. We dalen geleidelijk af en dan zijn er de uiterwaarden, met de Cunera in het verschiet.
We strijken neer bij Moeke, voor een bal en een drankje. Ton was toch jarig geweest. Ruud deed ook een toezegging.
Na het kimmen en dalen: een bezoek aan de Cunera, waarna Cor ons weer veilig thuis afleverde.
Ton
Dienstmededeling: volgende keer (01-11) is de start in Cromvoirt bij Ruud.
Bron van de wandeling: KlikPrintenWandel.nl – Grebbeberg-tocht
Geleend:
De Grebbeberg in Rhenen, in de Nederlandse provincie Utrecht, is een 52 meter hoge heuvel die de zuidoostelijke punt vormt van de Utrechtse Heuvelrug, een stuwwal. Door zijn strategische ligging met zicht op de Nederrijn en op de Betuwe is deze heuvel historisch van groot belang. In de 18e eeuw werd vanaf hier de Grebbelinie aangelegd. De heuvel is vooral bekend door de Slag om de Grebbeberg in mei 1940. Op de Grebbeberg bevindt zich het Ereveld Grebbeberg waar Nederlandse militairen begraven liggen.
De Grebbeberg was oorspronkelijk bedekt met plantages van eikenhakhout. Aangezien de plantages hun bestemming verloren heeft zich een opgaand eikenbos kunnen ontwikkelen. In 2002 is de Grebbeberg verbonden met het natuurgebied Blauwe Kamer in de uiterwaarden. Hierdoor kunnen de daar vrijlevende kuddes Konikpaarden en Gallowayrunderen bij hoogwater de veiligheid van de berg opzoeken. Op de Grebbeberg zelf heeft Het Utrechts Landschap 66 hectare, voornamelijk bos, in eigendom.
De Grebbeberg kent met name aan de rivierzijde steile tot zeer steile hellingen, plaatselijk bijna als een klif, wat voor Nederland bijzondere milieuomstandigheden met zich meebrengt. Daartoe behoort erosie en ook, mede vanwege de ligging op het zuiden, een extra warm microklimaat. Hierdoor komt plaatselijk een bijzondere flora voor, zoals dat het geval is op de Wageningse Berg. Op het pad onderlangs de Grebbeberg is op enkele plekjes de zeldzame pijpbloem te vinden.
Als gevolg van de erosieve werking van het riviersysteem van de Rijn is de oorspronkelijk bestaande verbinding tussen de Utrechtse Heuvelrug en de stuwwal van Ede-Wageningen verbroken. De zeer steile hellingen van de Grebbeberg zijn het zichtbare resultaat van dit proces. De Grebbeberg is een aardkundig waardevol gebied. De zuidflank van de Grebbeberg was het eerste door de provincie Utrecht aangewezen aardkundig monument.
Cunera van Rhenen, ook wel Sint Cunera of Sint Kunera van Rhenen (overleden Rhenen, 28 oktober ca. 377), is de hoofdpersoon van een heiligenlegende, waarin zij als maagd en martelares wordt geprezen.
De eerste maal dat haar naam wordt vermeld is omstreeks 1016. Zij is de beschermheilige van de Utrechtse stad Rhenen, ze geldt als beschermer van paarden en als behoeder tegen vee- en keelziekten. Haar attributen zijn de sleutel en de worgdoek.
Toen de heilige Ursula van Keulen en haar elfduizend maagden in de vierde eeuw bij Keulen werden overvallen door de Hunnen, werd Cunera – een prinses van de Orkaden – gered door de koning van de Rijn, die haar verborg onder zijn mantel en meenam naar zijn paleis te Rhenen. Hier maakte ze zich spoedig geliefd bij het volk door haar vriendelijkheid en de zorg voor de armen. De koning vertrouwde haar bovendien de sleutel van zijn voorraadkelders toe. Dit alles wekte de jaloezie van de koningin. Toen de koning een keer op jacht was, werd Cunera gewurgd door de koningin en haar kamerheer met behulp van een halsdoek van Egyptisch katoen. Ze werd begraven in een paardenstal. Dankzij onrust van de paarden werd de misdaad ontdekt.
De koningin pleegde zelfmoord door van de Heimenberg te springen; de kamerheer werd onthoofd. Na Cunera’s dood werden veel mensen genezen bij haar graf. Ook meende men dat dankzij haar hulp schepen niet vergingen.
Of er historische gebeurtenissen aan de legende ten grondslag hebben gelegen, is niet meer te achterhalen. Net als bij Ursula, mag aan het historische karakter van het personage Cunera getwijfeld worden.
In 1832 verspreidde de toenmalige eigenaar van het landgoed Prattenburg, H.M.A.J. van Asch van Wijck, het verhaal dat de moord op de heilige Cunera daar plaatsgevonden zou hebben en dat zij in de stal van het landgoed zou zijn begraven. In geen van de middeleeuwse geschriften komt echter de naam Prattenburg voor en het landgoed Prattenburg is niet eerder bekend dan uit de 16e eeuw.
De sagevorming rond Cunera gaat nog steeds door. In de 21e eeuw heeft de koningin de naam Adelgonda gekregen.
De Utrechtse bisschop Sint Willibrord liet Cunera drie eeuwen na haar dood heilig verklaren en bijzetten in de kerk van Rhenen. Er kwam een grote bedevaart naar Rhenen op gang, verbonden met de jaarlijkse paardenmarkt.
Uiteindelijk leidde dit tot de wijding van de Petruskerk aan Cunera en later tot de nieuwbouw van de Cunerakerk en -toren (voltooid in 1531). Toen de Cunerakerk ten tijde van de Reformatie in 1580 door de Calvinisten werd overgenomen, verhuisden de relieken onder andere naar Emmerik in het Hertogdom Kleef en naar Bedaf bij Uden. In het Museum Catharijneconvent in Utrecht is een doek te zien, die doorgaat voor de oorspronkelijke wurgdoek of dwaal van Cunera. Het betreft een stuk koptisch linnen uit de vierde of vijfde eeuw.
Het feest van Cunera wordt gevierd op 12 juni. In 2023 werd er in Rhenen, voor het eerst in decennia, weer een processie gehouden en een heilige mis opgedragen ter ere van de heilige.