Dag lopers en afwezige Jan,
Voor de laatste keer te gast bij Hank en José in de Willem van Oranjelaan. Medio februari verkassen zij naar het uit de periode van Herman vertrouwde adres. Zo ver is het nog niet, dus de koffie en appeltaart betekende de start voor de 17,8 km (4,3 km gemiddeld) lange knooppuntenwandeling vanaf Distelberg, onder de rook van Ruud in Cromvoirt, maar behorend bij Helvoirt. Het zou gaan sneeuwen en dus het zekere voor het onzekere nemend: niet te ver rijden!
Ook deze keer: bekend terrein met nieuwe door ons nog niet belopen stukken: de Loonse en Drunense duinen. Hopend op sneeuw: a happy tour, wel lopend. De spreuken bij de start deden ons onze plaats kennen. Het onbezonde bos gaf alle ruimte voor de sneeuw. De vennen ook en we bleven stil, zoals gevraagd. Wel mijmerden enkelen onder ons en hoewel er geen molen was, was John (O’Mill) er wel met een pakkende levensles:
H2Ootje
In Connecticut
in een waterput
verdronk m’n tante Eefje.
Nog jaren later
dronk mijn oom ’t water
uitsluitend door een zeefje.
Welgemoed en hoopvol beraden wij het plankier in het drooggevallen moeras en even later hoopten we met de Drei Männer im Schnee recht te doen aan Erich Kästner (Dresden 23 februari 1899 – München, 29 juli 1974). Nee dus: Heldergeel, maar wel ongerept: zand.
Omdat Cor wat te vieren had, streken we neer. Hartelijk dank. Ondanks de smeekbede aan Siva of mogelijk andere god(in): Geen sneeuw. Wel een mooie tocht. Tijdens de thuisrit een enkel vlokje op de voorruit.
Nu de datum in september vaststaat blijft de vraag: WAAR? Diverse opties kwamen aan bod: ergens op een Zeeuws eiland, of in de achter Achterhoek, of op de Veluwe en niet genoemd: Midden-Limburg, rond Venlo. Maar dat is geïnspireerd door een ANWB-arrangement. We hebben volgende keer, lopend wat te bedenken.
We starten dan bij Toon.
Ton
Geleend:
Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen
Het Hengstven ligt in Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen en is een belangrijke verbinding tussen het droge zandlandschap en het natte moerasgebied De Brand. In de jaren 30 veranderde het natuurgebied met heide, vennen en kruidenrijke graslanden in landbouwgrond. Door het droogleggen en bemesten van gronden verdwenen de planten en dieren die typerend zijn voor natte gebieden.
Dankzij het project “Natuur de ruimte” gaat dat nu veranderen, de natuur krijgt weer volop de ruimte. Natuurmonumenten bracht één van de drie oorspronkelijke vennen terug en zorgde dat bijzondere planten als grote pimpernel werden teruggeplaatst.
Door de waterhuishouding aan te passen werd het gebied natter. Dat is gunstig voor de dieren en planten die van oudsher in het oorspronkelijk natte gebied voorkwamen. De Duinboeren gaan de nieuw ontwikkelde graslanden hooien en begrazen met hun koeien.